Algemene Voorwaarden voor Zorgvervoer en Taxi
gedeponeerd door Koninklijk Nederlands Vervoer
ter griffie van de rechtbank te ‘s-Gravenhage op 10
december 2019, aktenummer 35/2019. Deze
algemene voorwaarden treden in werking per 1
januari 2020.
Artikel 1: Begripsomschrijving
In deze Algemene Voorwaarden voor Zorgvervoer
en Taxi wordt verstaan onder:
1. Taxivervoer/Zorgvervoer: al het overeengekomen
personenvervoer per Auto zoals bedoeld in artikel 1
van de Wet personenvervoer 2000, waarbij de
ritprijs van tevoren is overeengekomen dan wel
wordt bepaald door het hanteren van de
Taxameter. Het vervoer omvat tevens het in- en
uitstappen.
2. Vervoerovereenkomst: de tussen Reiziger/
Opdrachtgever en Vervoerder afgesloten
overeenkomst om taxivervoer te verrichten.
3. Taxistandplaats: een deel van de voor het
openbaar verkeer openstaande weg dat door de
wegbeheerder is aangewezen als parkeerplaats
voor taxi’s.
4. Auto: motorrijtuig, als bedoeld in artikel 1 van de
Wet personenvervoer 2000.
5. Reiziger: de persoon die door Vervoerder wordt
vervoerd.
6. Opdrachtgever: de natuurlijke of rechtspersoon
die een Vervoerovereenkomst aangaat met
Vervoerder.
7. Opdracht:
a. een opdracht van een natuurlijke persoon aan
een Vervoerder die op een Taxistandplaats
reizigers afwacht;
b. iedere andere opdracht van een Reiziger/
Opdrachtgever aan Vervoerder.
8. Vervoerder: de natuurlijke persoon of
rechtspersoon, lid van KNV Zorgvervoer en Taxi, dan
wel beschikkend over een geldig TX-Keurmerk,
diens Bestuurder(s) van de auto(’s) daaronder
begrepen, die zich verbindt personen te vervoeren
per Auto.
9. Bestuurder: bestuurder van de auto waarmee
taxivervoer wordt verricht (de taxichauffeur) in
dienst van Vervoerder met inbegrip van andere
Bestuurders van de auto, die niet in dienst zijn van
vervoerder maar wel dienst doen in zijn opdracht in
een vervoermiddel van Vervoerder of een
vervoermiddel dat aan Vervoerder beschikbaar is
gesteld.
10. Handbagage: bagage die een Reiziger als
gemakkelijk mee te voeren, draagbaar dan wel
verrijdbaar bij zich heeft, daaronder begrepen
levende dieren, alsmede andere voorwerpen die
door de Vervoerder als handbagage worden
toegelaten.
11. Taxameter: apparaat in de auto dat de
vervoerprijs overeenkomstig de kenbaar gemaakte
tarieven aangeeft. De Taxameter dient zichtbaar
aanwezig te zijn.
12. Stichting TX-Keur: Stichting die het
kwaliteitskeurmerk TX-Keur verleent en beheert.
13. KNV Zorgvervoer en Taxi:
Werkgeversorganisatie waarbij vervoerder als lid is
aangesloten.
Artikel 2: Toepassingsgebied Algemene
Voorwaarden
Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing
op alle Vervoerovereenkomsten en vormen de basis
voor de behandeling van geschillen door de
Geschillencommissie Zorgvervoer en Taxi, zoals
bedoeld in artikel 14 van deze algemene
voorwaarden.
Artikel 3: Totstandkoming Vervoerovereenkomst
1. Een Vervoerovereenkomst komt tot stand door
aanvaarding door de Reiziger/Opdrachtgever van
het aanbod van de Vervoerder.
2. Als sprake is van een Opdracht als bedoeld in
artikel 1 lid 7a, dan is Vervoerder verplicht deze
opdracht te aanvaarden, behoudens het bepaalde
in artikel 4 lid 1.
3. De verplichtingen van Vervoerder, waaronder
artikel 7, gelden eveneens tegenover de Reiziger die
niet als Opdrachtgever optreedt.
Artikel 4: Beëindiging en annulering
Vervoerovereenkomst
1. Vervoerder kan het voortzetten van de rit
onmiddellijk staken en aldus de
Vervoerovereenkomst beëindigen, indien de
Reiziger dusdanige hinder veroorzaakt dat in alle
redelijkheid niet van de Vervoerder kan worden
gevergd dat hij de Reiziger (verder) vervoert.
Vervoerder kan in dat geval de Reiziger gelasten het
voertuig onmiddellijk te verlaten.
2. Vervoerder is in een geval zoals is bedoeld in lid
1, niet gehouden de Reiziger enige schade te
vergoeden.
3. Bij voortijdige beëindiging is Reiziger, ingeval de
ritprijs tot stand komt via de Taxameter, het bedrag
verschuldigd dat de Taxameter aangeeft op het
moment van beëindiging van de rit. Ingeval voor
aanvang van de rit een ritprijs is overeengekomen,
is Reiziger/Opdrachtgever een evenredig deel van
de vooraf overeengekomen prijs verschuldigd, ter
vergoeding van het reeds gereden deel van de rit.
4. Reiziger/Opdrachtgever kan voor aanvang van de
bij Vervoerder bestelde rit afzien. In een dergelijk
geval is de Reiziger/Opdrachtgever gehouden tot
een schadeloosstelling naar redelijkheid en
billijkheid aan de Vervoerder wanneer sprake is van
aantoonbare schade. Dit geldt ook wanneer de
Reiziger niet verschijnt op de met de Vervoerder
afgesproken plaats.
5. Ingeval Vervoerder bij een bestelde rit niet
volgens afspraak verschijnt, heeft Reiziger bij
aantoonbare schade recht op een op redelijkheid en
billijkheid gebaseerde schadevergoeding.
Artikel 5: Verplichtingen en bevoegdheden
Reiziger
1. Reiziger is gehouden:
a. door Vervoerder in alle redelijkheid gegeven
aanwijzingen of instructies op te volgen, zoals het
plaatsnemen op de door vervoerder aangewezen
zitplaats;
b. de gordel om te doen, voorafgaand aan de rit.
Een boete die voortvloeit uit het zich niet houden
aan deze verplichting door de Reiziger kan op deze
worden verhaald.
2. Reiziger is verplicht zich in de Auto te onthouden
van:
a. beschadiging en/of verontreiniging van de Auto;
b. het gebruik van alcoholhoudende dranken, tenzij
met uitdrukkelijke toestemming van Vervoerder;
c. het meevoeren en/of gebruiken van verdovende
middelen;
d. het gebruiken van rookwaar;
e. agressie, het plegen van handtastelijkheden, het
lastig vallen, bedreigen, dan wel zich op een andere
wijze onbehoorlijk gedragen jegens Vervoerder en
of anderen;
f. het op enigerlei wijze hinderen van Vervoerder in
de uitoefening van zijn taak.
3. Reiziger is gehouden hetzij de vooraf
overeengekomen ritprijs, hetzij de door de
Taxameter bepaalde ritprijs te betalen.
4. Wanneer vóór of tijdens de rit omstandigheden
aan de zijde van Vervoerder zich opdoen of naar
voren komen, die Reiziger bij het sluiten van de
overeenkomst niet behoefde te kennen, doch die,
indien zij hem wel bekend waren geweest,
redelijkerwijs voor hem grond hadden opgeleverd
de Vervoerovereenkomst niet of op andere
voorwaarden aan te gaan, is Reiziger bevoegd de
overeenkomst op te zeggen. De opzegging
geschiedt door een mondelinge of schriftelijke
kennisgeving van de Reiziger en de overeenkomst
eindigt op het ogenblik van ontvangst daarvan door
vervoerder. Naar maatstaven van redelijkheid en
billijkheid zijn partijen na opzegging van de
Vervoerovereenkomst verplicht elkaar de daardoor
geleden schade te vergoeden.
5. Reiziger is bevoegd om tussentijds de
eindbestemming van de rit te wijzigen; dit met
inachtneming van het in lid 3 gestelde.
6. Indien Reiziger er voor kiest zelf het portier te
openen, is deze verplicht het portier zodanig te
openen, dat geen hinder en/of gevaar voor het
verkeer ontstaat.
Artikel 6: Betaling
1. Uitvoering op grond van de
Vervoerovereenkomst geschiedt op grond van de
Wet Personenvervoer 2000 vastgestelde en op
correcte wijze bekend gemaakte tarieven, zoals
bepaald door de Taxameter of waarbij de ritprijs
van te voren overeen is gekomen.
2. Betalingen door Reiziger/Opdrachtgever aan
Vervoerder dienen contant met een in Nederland
algemeen geaccepteerd betaalmiddel te
geschieden, daarbij algemeen erkende vormen van
elektronische betalingen inbegrepen, tenzij anders
is overeengekomen.
3. Vervoerder is gerechtigd bij
Reiziger/Opdrachtgever te bevorderen dat contante
betalingen in gepast geld worden voldaan.
Vervoerder is niet gehouden een hoeveelheid
munten als betaling aan te nemen, als het tellen
daarvan een onevenredig oponthoud veroorzaakt.
4. a. Indien de Reiziger/Opdrachtgever, voor zover
deze niet handelde in de uitoefening van een
beroep of bedrijf, niet tijdig aan zijn
betalingsverplichting(en) voldoet, is deze, nadat hij
door de Vervoerder is gewezen op de te late
betaling en de Vervoerder hem een termijn van 14
dagen heeft gegund om alsnog aan zijn
betalingsverplichtingen te voldoen, na het
verstrijken van deze 14-dagen-termijn over het nog
verschuldigde bedrag de wettelijke rente
verschuldigd en is de Vervoerder gerechtigd de
door hem gemaakte buitengerechtelijke
incassokosten in rekening te brengen. Deze
incassokosten bedragen maximaal: 15% over
openstaande bedragen tot € 2.500,-, 10% over de
daaropvolgende € 2.500,- en 5% over de volgende €
5.000,- met een minimum van € 40,-. De Vervoerder
kan ten voordele van de Reiziger/Opdrachtgever als
bedoeld in dit lid afwijken van genoemde bedragen
en percentages.
b. Voor zover Reiziger/Opdrachtgever handelde in
de uitoefening van een beroep of bedrijf maakt
Vervoerder aanspraak op vergoeding van de
buitengerechtelijke (incasso)kosten, welke kosten in
dat geval, in afwijking van artikel 6:96 lid 4 BW en in
afwijking van het Besluit vergoeding voor
buitengerechtelijke incassokosten, worden
vastgesteld op een bedrag gelijk aan 15 % van de
totaal openstaande hoofdsom met een minimum
van € 75,- voor iedere gedeeltelijk of volledig
onbetaald gelaten factuur.
5. Partijen zijn gerechtigd om wederzijdse
vorderingen te verrekenen.
Artikel 7: Verplichtingen en bevoegdheden
Vervoerder
1. Vervoerder is verplicht de Reiziger, alsmede de
door hem meegevoerde Handbagage op
zorgvuldige en veilige wijze te vervoeren.
2. Vervoerder is verplicht de Reiziger naar de
bestemming te brengen volgens de voor de Reiziger
gunstigste weg: hetzij via de snelste dan wel
economisch voordeligste route, tenzij de Reiziger of
de meldkamer/ centrale nadrukkelijk verzoekt of
opdracht geeft om langs een andere route te rijden.
3. Vervoerder is verplicht Reiziger behulpzaam te
zijn bij het in- en uitstappen alsmede het in- en
uitladen van Handbagage, tenzij zulks om (verkeers-
)technische redenen onmogelijk is.
4. Vervoerder is bij gebruik van de Taxameter
verplicht de stand van de Taxameter bij het einde
van de rit zo lang te laten staan, dat Reiziger zich
redelijkerwijs van de stand op de hoogte heeft
kunnen stellen.
5. Vervoerder is verplicht om, zoals voorgeschreven
in artikel 1c van de Regeling maximumtarief en
bekendmaking tarieven taxivervoer, aan de Reiziger
een betalingsbewijs te verstrekken waarop
tenminste de daar voorgeschreven gegevens staan,
zoals de ritprijs en daarbij toegepaste tarieven, de
gereden afstand, naam, adres en nummer
vergunning van het bedrijf, kenteken voertuig,
datum en begin- en eindtijdstip van de rit.
6. Vervoerder is verplicht zorgvuldig om te gaan
met de persoonlijke gegevens, verkregen in verband
met de boeking van ritten of anderszins. Voor deze
persoonsgegevens geldt onverkort hetgeen is
bepaald in de Algemene verordening
gegevensbescherming.
7. Als de Vervoerder het vervoer geheel of
gedeeltelijk staakt, stelt de hij Reiziger zo spoedig
mogelijk in kennis van het staken en indien mogelijk
van de redenen, de door hem te nemen
maatregelen en de mogelijke tijdsduur.
Artikel 8: Handbagage
1. Reiziger is verplicht zijn Handbagage deugdelijk te
verpakken.
2. Vervoerder heeft het recht het vervoer van
Handbagage, welke door zijn aard lastig, gevaarlijk
of verboden is c.q. kan zijn, dan wel aanleiding kan
geven tot beschadiging of verontreiniging, te
weigeren. Een dergelijke situatie doet zich in ieder
geval voor indien Handbagage bestaat uit:
a. vuurwapens, slag- en/of steekwapens;b. ontplofbare stoffen;
c. samengeperste gassen in reservoirs;
d. voor zelfontbranding vatbare of licht
ontvlambare stoffen;
e. sterk of kwalijk ruikende stoffen;
f. verdovende middelen;
g. munitie.
3. Vervoerder is verplicht redelijke zorg aan te
wenden zodat Handbagage van Reiziger niet
verloren gaat of beschadigd wordt.
Artikel 9: Vervoer van dieren
1. Levende dieren mogen, behoudens hetgeen in
het volgende lid van dit artikel is bepaald, in
gemakkelijk draagbare mand, tas of een dergelijk
voorwerp welke kan worden neergezet of op schoot
gehouden, worden meegevoerd. Honden mogen
evenwel ook op andere wijze worden meegevoerd,
mits kort aangelijnd.
2. De in het eerste lid bedoelde dieren mogen niet
worden meegenomen, indien deze op enigerlei
wijze voor Reiziger of voor de Bestuurder lastig of
hinderlijk kunnen zijn of lijden aan een ernstige
ziekte.
3. Hulphonden, zoals blindengeleidehonden dienen
onder alle omstandigheden te worden
meegenomen. Indien een Bestuurder allergisch is,
dient hij/zij binnen 15 minuten voor vervangend
vervoer te zorgen.
Artikel 10: Gevonden voorwerpen
Met betrekking tot gevonden voorwerpen geldt,
met inachtneming van de algemene wettelijke
bepalingen (artikel 5 t/m 12 van boek 5 Burgerlijk
Wetboek) ten aanzien van de aangifte- en
meldingsplicht en het in bewaring geven en nemen,
het volgende:
1. Reiziger is verplicht zo spoedig mogelijk bij
Vervoerder mededeling te doen van een door hem
gevonden voorwerp of geldsom. Vervoerder is
bevoegd tegen afgifte van bewijs een aldus
gevonden voorwerp of geldsom in bewaring aan te
nemen. Indien de vinder het gevonden voorwerp of
de geldsom onder zich houdt, is hij verplicht al
datgene te doen wat redelijkerwijs van hem kan
worden gevergd om de eigenaar of verliezer te
vinden.
2. Vervoerder is bevoegd een door Bestuurder
gevonden of door een ander gevonden en aan hem
afgegeven voorwerp na drie maanden of, indien het
voorwerp niet voor bewaring geschikt is, eerder te
verkopen, voor zover het betreft niet kostbare
zaken.
3. Vervoerder is verplicht een gevonden voorwerp,
de opbrengst van een ingevolge lid 2 verkocht
voorwerp of het bedrag van een gevonden geldsom
aan de rechthebbende af te geven, indien deze zich
binnen één jaar na melding van verlies aanmeldt.
Indien de rechthebbende het gevonden voorwerp
of de opbrengst van de verkoop daarvan opeist,
mag de Vervoerder hem het verschuldigde
bewaarloon en administratiekosten in rekening
brengen.
Artikel 11: Overmacht
1. Een tekortkoming kan Vervoerder niet worden
toegerekend wanneer deze niet is te wijten aan zijn
schuld, of als deze noch krachtens de wet,
rechtshandeling of in het verkeer geldende
opvattingen voor zijn rekening komt (overmacht).
Als de Vervoerder door overmacht niet aan haar
verplichtingen jegens Reiziger/Opdrachtgever kan
voldoen, kan de Reiziger/Opdrachtgever de
overeenkomst ontbinden. De Vervoerder zal in dat
geval door de Reiziger/Opdrachtgever
vooruitbetaalde bedragen zo spoedig mogelijk
terugbetalen.
2. In geval van overmacht heeft
Reiziger/Opdrachtgever geen recht op
schadevergoeding, behoudens het bepaalde in
artikel 6:78 van het Burgerlijk Wetboek.
Artikel 12: Aansprakelijkheid van Vervoerder
1. Vervoerder is aansprakelijk voor de schade
veroorzaakt door dood of letsel van de Reiziger ten
gevolge van een ongeval dat in verband met en
tijdens het vervoer de reiziger is overkomen.
Vervoerder is niet aansprakelijk, indien het ongeval
is veroorzaakt door een omstandigheid die een
zorgvuldig Vervoerder niet heeft kunnen vermijden
en waarvan Vervoerder de gevolgen niet heeft
kunnen verhinderen. De schadevergoeding die
vervoerder in genoemde omstandigheden mogelijk
verschuldigd is, is wettelijk beperkt tot € 1.000.000
per reiziger met een maximum van € 15.000.000
per gebeurtenis.
2. Vervoerder is aansprakelijk voor schade
veroorzaakt door geheel of gedeeltelijk verlies dan
wel beschadiging van de handbagage, voor zover dit
verlies of deze beschadiging is ontstaan tijdens het
vervoer en is veroorzaakt:
a. door een aan Reiziger overkomen ongeval dat
voor rekening van Vervoerder komt; of
b. door een omstandigheid die een zorgvuldig
Vervoerder had kunnen vermijden of waarvan de
Vervoerder de gevolgen had kunnen verhinderen.
De schadevergoeding die Vervoerder mogelijk
verschuldigd is in geval van verlies of beschadiging
van Handbagage is wettelijk beperkt tot een bedrag
van € 1.500,- per Reiziger.
3. In geval van vertraging is Vervoerder wettelijk
aansprakelijk tot een maximum van € 1000,-.
Artikel 13: Aansprakelijkheid van Reiziger
Reiziger is in beginsel verplicht aan Vervoerder de
schade te vergoeden die hij of zijn Handbagage aan
Vervoerder berokkent, behalve voor zover deze
schade is veroorzaakt door een omstandigheid die
een zorgvuldig Reiziger niet heeft kunnen vermijden
en voor zover zulk een Reiziger de gevolgen daarvan
niet heeft kunnen verhinderen. Reiziger kan geen
beroep doen op de hoedanigheid of een gebrek van
zijn Handbagage. Ook schoonmaakkosten behoren
tot de in dit artikel bedoelde vergoeding van
schade.
Artikel 14: Klachten en geschillen
1. Klachten over de totstandkoming en uitvoering
van de Vervoerovereenkomst moeten volledig en
duidelijk omschreven worden ingediend bij
Vervoerder binnen bekwame tijd nadat
Reiziger/Opdrachtgever de gebreken heeft
geconstateerd of redelijkerwijs had moeten
constateren.
2. Vervoerder spant zich in om, mede ter
voorkoming van geschillen, bij klachten van
Reiziger/Opdrachtgever deze serieus en in
redelijkheid naar genoegen van
Reiziger/Opdrachtgever af te handelen.
3. Ingeval partijen niet tot een afronding komen,
dient Vervoerder de klagende
Reiziger/Opdrachtgever, voor zover deze
Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf, te wijzen op de mogelijkheid
het aldus ontstane geschil aan de in lid 5 genoemde
geschillencommissie te kunnen voorleggen.
4. Reiziger/Opdrachtgever moet ingeval hij
Vervoerder aansprakelijk stelt voor schade, deze
schade zo spoedig mogelijk schriftelijk aan
Vervoerder melden. De aard en de omvang van de
schade moet daarbij bij benadering worden
aangegeven.
5. Geschillen tussen Reiziger/Opdrachtgever, voor
zover deze Opdrachtgever niet handelt in de
uitoefening van een beroep of bedrijf, en
Vervoerder over de totstandkoming of de
uitvoering van overeenkomsten met betrekking tot
door deze Vervoerder te leveren of geleverde
diensten, kunnen zowel door
Reiziger/Opdrachtgever, voor zover deze
Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf, als door Vervoerder worden
voorgelegd aan de Geschillencommissie
Zorgvervoer en Taxi, Postbus 19365, 2500 CJ Den
Haag, verder te noemen “Geschillencommissie”.
6. Een geschil wordt door de Geschillencommissie
slechts in behandeling genomen, indien Reiziger/
Opdrachtgever, voor zover deze Opdrachtgever niet
handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf,
zijn klacht eerst aan Vervoerder heeft voorgelegd.
7. Leidt de klacht niet tot een oplossing dan moet
het geschil uiterlijk 12 maanden na de datum
waarop Reiziger/Opdrachtgever, voor zover deze
Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf, de klacht bij de Vervoerder
indiende, schriftelijk of in een andere door de
Geschillencommissie te bepalen vorm bij de
Geschillencommissie aanhangig worden gemaakt.
8. Wanneer Reiziger/Opdrachtgever, voor zover
deze Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening
van een beroep of bedrijf, een geschil voorlegt aan
de Geschillencommissie, is Vervoerder aan deze
keuze gebonden. Indien Vervoerder dit wil doen,
moet hij Reiziger/Opdrachtgever, voor zover deze
Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf, schriftelijk vragen zich binnen
vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord
gaat. Vervoerder dient daarbij aan te kondigen dat
hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn
vrij zal achten het geschil aan de gewone rechter
voor te leggen.
9. De Geschillencommissie doet uitspraak met
inachtneming van de bepalingen van het voor haar
geldende reglement. Het reglement van de
Geschillencommissie wordt desgevraagd
toegezonden. De beslissingen van de
Geschillencommissie geschieden bij wege van
bindend advies. Voor de behandeling van een
geschil is een vergoeding verschuldigd.
10. Uitsluitend de Nederlandse rechter dan wel de
hierboven genoemde Geschillencommissie is
bevoegd van geschillen kennis te nemen.
Artikel 15: Nakomingsgarantie
1. KNV Zorgvervoer en Taxi staat garant voor de
nakoming van de bindend adviezen van de in artikel
14 bedoelde Geschillencommissie door haar leden,
tenzij het lid het bindend advies binnen twee
maanden na de verzending daarvan ter vernietiging
aan de rechter voorlegt. Deze garantstelling
herleeft, indien het bindend advies na toetsing door
de rechter in stand is gebleven en het vonnis
waaruit dit blijkt, in kracht van gewijsde is gegaan.
2. KNV Zorgvervoer en Taxi verschaft geen
nakomingsgarantie indien, voordat het geschil door
de in artikel 14 bedoelde Geschillencommissie ter
zitting is behandeld en een eindbeslissing is
gewezen, van één van de volgende situaties sprake
is:
a. aan het lid is surseance van betaling verleend, of;
b. het lid is failliet verklaard, of;
c. de bedrijfsactiviteiten zijn feitelijk beëindigd.
Bepalend voor deze laatste situatie is de datum
waarop de bedrijfsbeëindiging in het
Handelsregister is ingeschreven of een eerdere
datum, waarvan KNV Zorgvervoer en Taxi
aannemelijk kan maken dat de bedrijfsactiviteiten
feitelijk zijn beëindigd;
3. De garantstelling door KNV Zorgvervoer en Taxi is
beperkt tot € 3.500,-,- per bindend advies. KNV
Zorgvervoer en Taxi verstrekt deze garantstelling
onder de voorwaarde dat de
Reiziger/Opdrachtgever, voor zover deze
Opdrachtgever niet handelt in de uitoefening van
een beroep of bedrijf, die op deze garantie een
beroep doet, zijn vordering op grond van het
bindend advies tot maximaal het uitgekeerde
bedrag aan KNV Zorgvervoer en Taxi overdraagt
(cedeert), gelijktijdig met de honorering van zijn
beroep op de nakomingsgarantie.
4. Het gestelde in de leden 1 tot en met 3 van dit
artikel is enkel van toepassing in geval Vervoerder
lid is van KNV Zorgvervoer en Taxi.
5 Indien Vervoerder geen lid is van KNV Zorgvervoer
en Taxi, maar wel beschikt over een geldig TX-
Keurmerk staat Stichting TX-Keur garant voor de in
de leden 1 tot en met 3 van dit artikel omschreven
nakoming.
6 Indien Vervoerder lid is van KNV Zorgvervoer en
Taxi en tevens beschikt over een geldig TX-
Keurmerk wordt de in dit artikel bedoelde
nakomingsgarantie in overleg tussen KNV
Zorgvervoer en Taxi en Stichting TX-Keur verschaft,
en wel door één van de laatstgenoemde twee
partijen.
Artikel 16: Overige voorwaarden
1. Alle Vervoerovereenkomsten waarop deze
voorwaarden van toepassing zijn verklaard, zijn
onderworpen aan Nederlands recht.
2. Vervoerder is verplicht bekendheid te geven aan
de wijze waarop Reiziger/Opdrachtgever op diens
verzoek deze Voorwaarden kan verkrijgen.
3. Deze Algemene Voorwaarden zijn openbaar en te
raadplegen via internet, onder meer op
www.knv.nl, en desgevraagd ook kosteloos
verkrijgbaar bij de vervoerd

Onze partners

En Klanten

Call Now Button